Een Kerstverhaal, door mij geschreven in december 2005. Ik won er toen de 3e prijs mee in een verhalenwedstrijd. Het werd voorgelezen op de radio, bij NCRV, een hele eer.
Antoon en Marit
Hij kijkt haar aan. Vanachter zijn krant twee bruine ogen. De laatste dagen ligt er een glans over die haar nooit eerder is opgevallen. Is het verdriet, blijdschap? Of zijn het simpelweg de kerstlichtjes die reflecteren in zijn ogen?
Ze sloft richting de keuken. Twee mokken op het dienblad. Eén daarvan gevuld met een restje koffie en een vel erop. Zíjn mok. Het is een tik waar ze niet aan kan wennen. En dat terwijl ze al 58 jaar samen zijn.
Ze pakt de steelpan uit de gootsteen en werpt een blik op de klok. Ze slaakt een diepe zucht. Het is pas half 11. Automatisch vult ze de pan met melk en zet die op het vuur. Het gas brandt nog van zo even. Had haar dochter toch gelijk; ze wordt vergeetachtig. Ach, ze moet ook niet altijd alles aan de kinderen vertellen, komt weer onrust van. Ze redden het prima samen. Al is het wel jammer dat beide kinders met het hele gezin zijn gaan skiën tijdens de Kerstdagen…
In beide koppen giet ze een flinke laag koffie. Ze hangt een zeefje boven de hare en schenkt behoedzaam de warme melk erbij. Ze aarzelt boven zijn mok. Ze legt de zeef weg en schenkt in. Daarna twee scheppen suiker erbij, twee vólle scheppen. Anders proeft hij het meteen. Ze heeft uiteraard de proef wel eens op de som genomen.
Ze zijn meegevraagd, maar ja, wat moet je met je 80-jarige lijf op een besneeuwde en gladde piste? Daarbij houdt Antoon niet van lang in de auto zitten. En zeker niet als het om een reis naar Duitsland gaat. Die oorlog is al lang voorbij, maar voor hem blijkbaar niet.
‘Marit, wist je dat Dirk Vennema ook al is overleden?’ Ze neemt aan dat dat is wat hij zegt. Haar gehoor is niet meer zo goed als vroeger. Ze murmelt iets wat op ja lijkt.
Heeft ze er nou suiker in gedaan of niet? Haar vergeetachtigheid frustreert haar. Vandaag nog meer dan anders. Ze schraapt even over de bodem van de volle mok en haalt met het lepeltje wat suiker naar de oppervlakte. Ze glimlacht.
Antoon rookt zijn pijp aan de eettafel. Ze rilt lichtjes als de sterke geur haar neus binnen dringt. De krant van gisteren ligt opgevouwen op het zelf geborduurde kerstkleed. Hij staart naar de piek in de boom. Ze zet de mok voor hem neer, met het oortje naar rechts. Zo heeft hij het graag. Het schaaltje kerstkransjes schuift ze dichterbij.
Ze aarzelt, zet dan haar beker naast de zijne en kust hem zacht op de mond. Hij pakt haar bij haar middel, drukt zich tegen hem aan, zijn hoofd tegen haar zachte, warme buik.