Ik keek mee met een klant via Zoom. We zouden samen even iets opzoeken. Hij deelt zijn scherm. En ik… staar.
Niet naar het document waar we in moeten zijn. Maar naar zijn desktop.
Die was een soort Bermudadriehoek. Vol met losse bestanden, screenshots, pdf’s, notities, Word-bestanden-met-een-idee, mappen-met-mappen-in-mappen… en nog ergens in een hoekje een protesterende snelkoppeling naar Asana.
Ik moest er echt heel hard van zuchten waarop hij begon te lachen. En we samen concludeerden: Een volle desktop is zelden alleen een volle desktop.
Het is vaak een signaal. Van een overvol hoofd. Van te veel open eindjes. Van het gevoel dat je alles nú moet onthouden, nú moet opslaan, nú moet doen – anders ben je het kwijt.
Ik snap dat. Echt.
Alleen: dat is niet hoe je een stevig bedrijf bouwt. Zo bouw je een soort mentale spaghetti waar je je elke dag weer een weg doorheen moet slurpen.
Mijn desktop is leeg. Niet omdat ik een betere ondernemer ben. Maar omdat ik weet dat ik anders zelf het overzicht verlies. Alles wat langer dan drie klikken moet blijven bestaan, krijgt een plek in het systeem. De rest? Vliegt eruit.
Niet sexy. Wel functioneel.
En daar gaat het vaak mis: ondernemers proberen hun hele bedrijf in hun hoofd (en op hun desktop) te zetten. Terwijl het overzicht best mag leunen op iets anders dan jouw brein.
Bijvoorbeeld een goede structuur.
Een overzichtelijke samenwerking.
Heldere afspraken.
Een VA die niet hoeft te raden.
Een systeem dat werkt in plaats van schuurt.
Wil je daar meer van? Ik schrijf er een paar keer per maand over in Mira’s magazine.
Over de achterkant van het ondernemen.
Over chaos en overzicht.
Over hoe je weer ruimte maakt voor de dingen die wél werken – zonder je hele desktop te deleten.
Je leest mee door je aan te melden via mirasaia.nl/magazine